- Interesses
- Pantservoertuigen, vnl. WOII t/m Golfoorlog
- Schalen
- 1:35
- 1:72
- Nu bezig met
- 1:35 M2 half-track en Israëlische M247 DIVADS
Sherman-modellen zijn er zat in 1:35, maar M4A4’s, oftewel Sherman Mk. V’s in Britse termen, niet echt. Ja, er zijn er van Dragon, maar die vind ik niet om over naar huis te schrijven vergeleken met het model van Asuka — dat ondertussen amper meer te vinden is, vanwege Asuka’s schijnbare beleid om alle varianten van de Sherman één keer te maken en dan door te gaan met een volgende.
Maar: Sherman Mk. VC’s, met het 17-ponderkanon, zijn wel makkelijk te pakken te krijgen, dus waarom niet eentje terugbouwen tot een gewone Mk. V? (Als terzijde: aanduidingspurist zijnde, zal ik hier niet de naam Firefly gebruiken voor Shermans met 17-ponder. Tijdens de oorlog werd schijnbaar bijna elk voertuig met zo’n kanon Firefly of ook Mayfly genoemd, niet alleen Shermans. Dat de naam alleen op die laatste is blijven plakken is, volgens mij, wederom de schuld van de eerste generatie schrijvers over pantservoertuigen uit de jaren ’60.)
M’n onderwerp voor dit model is (alweer) een echt bestaande tank:
Wederom een voertuig van operatie Infatuate II, de landing bij Westkapelle op 1 november 1944. Cock o’the North was de tank van de onderbevelhebber van het A-eskadron van 1 Lothians and Border Yeomanry. Op de eerste foto staat hij zoals ik van plan ben hem te bouwen: met de volledige diepwaaduitrusting zoals hij aan land kwam. Daarna is hij in het noorden van Walcheren ingezet, en is daar ook gefilmd en gefotografeerd. De andere drie foto’s zijn van na de oorlog, toen hij in de Zuidstraat op het dorp stond.
Voor het model heb ik de volgende dingen aangeschaft:
De Sherman is van Rye Field Model, vooral omdat ik de laatste paar jaar al een aantal Asuka Shermans gebouwd heb en wil zien hoe deze zich daartoe verhoudt. Diepwaaduitrusting is van Resicast, voor zover ik weet de enige keuze afgezien van zelf bouwen, en een set rupsbanden van AFV Club. Ondanks m’n eerdere problemen daarmee heb ik toch deze set maar gekocht, omdat al de rest óf nog bewerkelijker lijkt te zijn, óf van tin is, en daar houd ik niet zo van.
Qua ombouw is het op zich eenvoudig genoeg: kanon en -schild vervangen door een 75 mm, ladersluik weghalen en toemaken, evenals de achterkant van de toren, boegmitrailleur plaatsen en wat kleinere aanpassinkjes doen aan gereedschap en zo. Vanwege de diepwaaduitrusting ligt dat net een beetje anders, maar ik zal proberen uit te leggen wat er nodig is als je die niet plaatst, zodat dit onderwerp hopelijk ook nuttig is voor wie geen tank op het strand wil bouwen
Ik ben begonnen met de romp, volgens de instructies:
Dit past op zich allemaal goed, maar net wat minder fijntjes dan bij Asuka. Ik had een beetje vulmiddel nodig op de neus, om de naad tussen de eindoverbrenging en de rest van het transmissiepantser weg te werken.
Dan door met de aandrijf- en spanwielen:
Het model heeft drie stijlen aandrijfwielen, en ik denk op foto’s te zien dat deze op Cock o’the North zat. De spanwielen hebben de rand aan de binnenkant van de velg, en niet geëtst zoals bij de meeste andere modellen die hem ook hebben, maar door de velg als twee delen te gieten die om het middelste deel van het wiel heen gelijmd moeten worden. Dat levert wel een naad op, die ik nog weg moet werken, maar echt anders dan de normaal te verwachten gietnaad daar is dat toch ook niet.
Maar: Sherman Mk. VC’s, met het 17-ponderkanon, zijn wel makkelijk te pakken te krijgen, dus waarom niet eentje terugbouwen tot een gewone Mk. V? (Als terzijde: aanduidingspurist zijnde, zal ik hier niet de naam Firefly gebruiken voor Shermans met 17-ponder. Tijdens de oorlog werd schijnbaar bijna elk voertuig met zo’n kanon Firefly of ook Mayfly genoemd, niet alleen Shermans. Dat de naam alleen op die laatste is blijven plakken is, volgens mij, wederom de schuld van de eerste generatie schrijvers over pantservoertuigen uit de jaren ’60.)
M’n onderwerp voor dit model is (alweer) een echt bestaande tank:
Wederom een voertuig van operatie Infatuate II, de landing bij Westkapelle op 1 november 1944. Cock o’the North was de tank van de onderbevelhebber van het A-eskadron van 1 Lothians and Border Yeomanry. Op de eerste foto staat hij zoals ik van plan ben hem te bouwen: met de volledige diepwaaduitrusting zoals hij aan land kwam. Daarna is hij in het noorden van Walcheren ingezet, en is daar ook gefilmd en gefotografeerd. De andere drie foto’s zijn van na de oorlog, toen hij in de Zuidstraat op het dorp stond.
Voor het model heb ik de volgende dingen aangeschaft:
De Sherman is van Rye Field Model, vooral omdat ik de laatste paar jaar al een aantal Asuka Shermans gebouwd heb en wil zien hoe deze zich daartoe verhoudt. Diepwaaduitrusting is van Resicast, voor zover ik weet de enige keuze afgezien van zelf bouwen, en een set rupsbanden van AFV Club. Ondanks m’n eerdere problemen daarmee heb ik toch deze set maar gekocht, omdat al de rest óf nog bewerkelijker lijkt te zijn, óf van tin is, en daar houd ik niet zo van.
Qua ombouw is het op zich eenvoudig genoeg: kanon en -schild vervangen door een 75 mm, ladersluik weghalen en toemaken, evenals de achterkant van de toren, boegmitrailleur plaatsen en wat kleinere aanpassinkjes doen aan gereedschap en zo. Vanwege de diepwaaduitrusting ligt dat net een beetje anders, maar ik zal proberen uit te leggen wat er nodig is als je die niet plaatst, zodat dit onderwerp hopelijk ook nuttig is voor wie geen tank op het strand wil bouwen
Ik ben begonnen met de romp, volgens de instructies:
Dit past op zich allemaal goed, maar net wat minder fijntjes dan bij Asuka. Ik had een beetje vulmiddel nodig op de neus, om de naad tussen de eindoverbrenging en de rest van het transmissiepantser weg te werken.
Dan door met de aandrijf- en spanwielen:
Het model heeft drie stijlen aandrijfwielen, en ik denk op foto’s te zien dat deze op Cock o’the North zat. De spanwielen hebben de rand aan de binnenkant van de velg, en niet geëtst zoals bij de meeste andere modellen die hem ook hebben, maar door de velg als twee delen te gieten die om het middelste deel van het wiel heen gelijmd moeten worden. Dat levert wel een naad op, die ik nog weg moet werken, maar echt anders dan de normaal te verwachten gietnaad daar is dat toch ook niet.