- Interesses
- Pantservoertuigen, vnl. WOII t/m Golfoorlog
- Schalen
- 1:35
- 1:72
- Nu bezig met
- 1:35 Sherman BARV en M2 half-track
Omdat ik stalen rupsbanden nodig heb voor m’n in aanbouw zijnde Sherman BARV, en ik die van Bronco niet zie zitten maar metalen en 3D-geprinte te duur en/of bewerkelijk vind, dacht ik: wat is er te vinden aan 3D-zelfprint-bestanden? Ik kwam daarop uit bij deze set van FaustusModels op de site Cults3D.
Voor je €6,49 krijg je elf STL-bestanden:
In feite zijn er vijf verschillende onderdelen, maar je krijgt die met en zonder supports, plus een „raft plate”, een rechthoek met een verstevigingskruis erop, waar dat ook voor moge dienen. Hier een paar voorbeelden van de onderdelen, de versies met de supports:
Zelf heb ik wel geen 3D-printer, maar m’n broer wel, dus die vroeg ik om een stuk of tien van elk bestand uit te printen, zodat ik eens kon zien hoe goed dat alles nu eigenlijk te bouwen is voordat ik hem er zo’n 160 laat maken voor op het model. Het werden er acht:
Het ziet er redelijk goed uit, maar het gaf me al wel gelijk de indruk dat het schoonmaken meer moeite zou gaan zijn dan voor een vergelijkbare set rupsbanden van plastic of tin. Dat bleek al heel snel te kloppen zodra ik twee schakels, één eindverbinder met pennen en één eindverbinder met duckbill schoonmaakte.
En dan bleek ook nog eens dat er amper of geen gaten door de blokken of eindverbinders zitten. Ik vermoed dat dit komt door de printresolutie of iets dergelijks, maar alleen dat al maakt dat de set zo goed als onbruikbaar is. Ik heb op allebei de schakels één gat doorgeboord met een 0,75 mm boortje, want de pennen zijn ±0,6 mm dik, en dat duurde meer dan een minuut per gat. Leuk, met 79 of 83 schakels per kant, keer twee gaten per blok, keer twee rupsbanden … Ook al gaat het sneller als je er handigheid in krijgt, dan nog ben je grofweg vijf uur bezig met alleen gaten boren. En dan tellen we de eindverbinders nog niet eens mee, noch het feit dat je met de pijn die je na een tijdje geheid in je handen krijgt, niet meer zo snel boort als in het begin.
O ja, en bij het verwijderen van de supports aan de blokken bleek dat ik er behoorlijk wat af moest vijlen om ze enigszins op maat en haaks te krijgen.
Goed, in elkaar, dan:
Dat lukt, en ze blijven zonder lijm redelijk stevig zitten — maar ik denk dat dat vooral te danken is aan twee factoren. Eentje is het licht flexibele resin dat m’n broer gebruik heeft, de andere is dat het blok aan de afgevijlde kant nog net ietsje te lang is, zodat de pennen net een beetje uit elkaar wijken en dus de eindverbinder goed vasthouden. Maar de blokken scharnieren daarom ook niet ten opzichte van elkaar, dus rond een wiel buig ik dit niet.
Conclusie
Laat maar.
Voor je €6,49 krijg je elf STL-bestanden:
In feite zijn er vijf verschillende onderdelen, maar je krijgt die met en zonder supports, plus een „raft plate”, een rechthoek met een verstevigingskruis erop, waar dat ook voor moge dienen. Hier een paar voorbeelden van de onderdelen, de versies met de supports:
Zelf heb ik wel geen 3D-printer, maar m’n broer wel, dus die vroeg ik om een stuk of tien van elk bestand uit te printen, zodat ik eens kon zien hoe goed dat alles nu eigenlijk te bouwen is voordat ik hem er zo’n 160 laat maken voor op het model. Het werden er acht:
Het ziet er redelijk goed uit, maar het gaf me al wel gelijk de indruk dat het schoonmaken meer moeite zou gaan zijn dan voor een vergelijkbare set rupsbanden van plastic of tin. Dat bleek al heel snel te kloppen zodra ik twee schakels, één eindverbinder met pennen en één eindverbinder met duckbill schoonmaakte.
En dan bleek ook nog eens dat er amper of geen gaten door de blokken of eindverbinders zitten. Ik vermoed dat dit komt door de printresolutie of iets dergelijks, maar alleen dat al maakt dat de set zo goed als onbruikbaar is. Ik heb op allebei de schakels één gat doorgeboord met een 0,75 mm boortje, want de pennen zijn ±0,6 mm dik, en dat duurde meer dan een minuut per gat. Leuk, met 79 of 83 schakels per kant, keer twee gaten per blok, keer twee rupsbanden … Ook al gaat het sneller als je er handigheid in krijgt, dan nog ben je grofweg vijf uur bezig met alleen gaten boren. En dan tellen we de eindverbinders nog niet eens mee, noch het feit dat je met de pijn die je na een tijdje geheid in je handen krijgt, niet meer zo snel boort als in het begin.
O ja, en bij het verwijderen van de supports aan de blokken bleek dat ik er behoorlijk wat af moest vijlen om ze enigszins op maat en haaks te krijgen.
Goed, in elkaar, dan:
Dat lukt, en ze blijven zonder lijm redelijk stevig zitten — maar ik denk dat dat vooral te danken is aan twee factoren. Eentje is het licht flexibele resin dat m’n broer gebruik heeft, de andere is dat het blok aan de afgevijlde kant nog net ietsje te lang is, zodat de pennen net een beetje uit elkaar wijken en dus de eindverbinder goed vasthouden. Maar de blokken scharnieren daarom ook niet ten opzichte van elkaar, dus rond een wiel buig ik dit niet.
Conclusie
Laat maar.